< Alle onderwerpen
Afdrukken

Band tussen paarden

Dat paarden elkaar mogen laten ze op verschillende manieren zien. Bijvoorbeeld door met elkaar te interacteren, zoals (mutual) groomen en spelen, of door te tolereren dat een ander paard in de buurt staat.

Paarden die een band hebben staan dicht bij elkaar in de buurt, en dit zijn dan ook de paarden die elkaar groomen. De functie van bij elkaar staan en groomen is echter niet hetzelfde, maar geeft dus wel aan dat er een sterke band tussen de betreffende paarden is. 

Een bijzonder fenomeen bij paarden (maar niet ongewoon bij andere soorten met een complexe sociale samenstelling) is hoe na een confrontatie de stabiliteit in de kudde terugkeert. In veel gevallen blijven twee paarden na een confrontatie dicht bij elkaar in de buurt staan, waarna er soms een vriendelijke interactie is. Vaak (in onderzoek bijna 60% van de gevallen) treedt een derde paard op als verzoener (“appeaser”) richting de aggressor, of als trooster (“consolator”) richting het slachtoffer van de agressie.

Paarden vormen sterke sociale banden met andere paarden van dezelfde leeftijd en blijven in kuddes in de buurt van paarden die dezelfde leeftijd hebben. Als in het wild een kudde uiteenvalt of wordt vermengd, dan blijven ook de paarden van dezelfde leeftijd bij elkaar in de buurt. Een uitzondering geldt uiteraard voor moeders met veulens, en banden tussen paarden van verschillende leeftijden komen wel voor. 

Bij jonge paarden is er een duidelijk sexe-verschil als het gaat om sociale relaties. Jonge hengstveulens groomen meer met merries, maar spelen meer met hengsten. Bij merries is dit verschil er niet. Dit verschil is goed te verklaren op basis van de rol van hengst en merrie in de kudde: een hengst heeft geen belang bij een stabiele relatie met andere hengsten in een kudde, terwijl een merrie wel belang heeft bij een stabiele relatie met een hengst in een kudde. 

Onderling groomen van paarden gebeurt in kuddes in het wild veelvuldig als er geen hengst is, maar in een kudde met een hengst groomt een merrie vrijwel alleen de eigen veulens. Een verklaring hiervoor zou kunnen zijn dat groomen een belangrijke functie heeft in het bewaren van de sociale cohesie, en dat de hengst die functie in de kudde vervult. 

In een kudde waarin oudere paarden voorkomen, is agressief gedrag bij jongere paarden veel minder dan in kuddes waarin alleen jongere paarden voorkomen. Dit onderschrijft dat oudere paarden een rolmodel vervullen voor jongere.

Zowel in kuddes als harems ontstaan kleinere groepen van (meestal twee) paarden die samen optrekken. Hierdoor ontstaat een hechte band tussen de paarden, beïnvloed door hoe verwant de merries aan elkaar zijn en hoe dichtbij ze in “rang” staan. Paarden die dichter bij elkaar in rang staan, associëren zich sneller met elkaar dan paarden die ver van elkaar af staan. Dat geldt ook voor veulens, die zich daarbij richten op hun moeders.

Beaver, 2019
Costa, 2019
Cozzi, 2010
Sigurjonsdottir, 2003

Inhoudsopgave
× Contact via WhatsApp